We hebben allemaal wel eens last van verminderde realiteitszin, momenten van voor- of tegenspoed waarbij de wereld niet groter is dan je eigen situatie. Tijdens de kwartfinale van het afgelopen WK voetbal, dat potje tegen Argentinië, waren existentiële vragen over de zin van het leven ook niet aan mij besteed; de 2-2 van Woutje Weghorst, wat kon er belangrijker zijn?
Henk de Jong, onze sympathiekste en doemaargewoonste voetbaltrainer, riep drie jaar geleden dat zijn club het grootste onrecht uit de Nederlandse sportgeschiedenis was aangedaan. Wat was er gebeurd? Zijn Cambuur stond in de eerste divisie een straatlengte voor op de rest, promotie naar de eredivisie kon ze eigenlijk niet meer ontgaan. Totdat corona de wereld op zijn kop zette en alle competities werden stilgelegd. Jammer Cambuur, geen kampioenschap en dus ook geen promotie. Een jaar later, toen Cambuur alsnog promotie afdwong, kwam Henk met een grote glimlach terug op zijn uitspraak. Was toch wat overdreven wat hij toen had geroepen, hij had zichzelf iets te serieus genomen.
Henk lukte het om zijn situatie in het juiste perspectief te zien. Dat is niet aan iedereen in de voetbalwereld gegeven.
Paul Pogba, een Franse middenvelder, kan best aardig voetballen. Dat vinden de meeste kenners, maar vooral Paul zelf. Vorige zomer, toen zijn contract bij Manchester United afliep en er dus opnieuw onderhandeld moest worden, overkwam hem wat je zelfs je ergste vijand niet gunt: er werd hem een weeksalaris van 350.000 euro geboden.
‘Hoe kun je een speler vertellen dat je hem heel graag wil behouden, maar hem dan niets aanbieden. Dat heb ik nog nooit eerder gezien’, riep Paul woest en verliet de onderhandelingstafel om niet meer terug te keren.
In de wereld van Paul is een jaarsalaris van 18 miljoen euro dus niets. Dat is best bijzonder.
Er zijn legio voorbeelden van sporters in het algemeen en voetballers in het bijzonder die een beetje de weg zijn kwijtgeraakt. Afgelopen weekend voegde Thibaut Courtois zich bij dit rijtje.
De grootste bijdrage van Thibaut aan de mensheid is dat hij vrij goed ballen met zijn handen kan tegenhouden. Hij heeft dat in de afgelopen jaren zowel in het doel van Real Madrid als het Belgische elftal veelvuldig laten zien en hij wordt daar alom voor geprezen. Dat vindt Thibaut fijn. Een keuze die in zijn nadeel uitvalt, dat vindt Thibaut wat lastig.
Afgelopen week moest België twee interlands spelen in de kwalificatiereeks voor het Europees kampioenschap. Omdat vaste aanvoerder Kevin de Bruyne geblesseerd was, moest bondscoach Tedesco beslissen wie dan de aanvoerdersband mocht dragen. Omdat er nogal wat sterren in het elftal rondlopen, werd de volgende oplossing gevonden: spits en nationaal topscorer aller tijden Lukaku mocht de eerste wedstrijd aanvoerder zijn, Thibaut de tweede.
Na de eerste wedstrijd barstte de bom in het hoofd van Thibaut. Hoe had Tedesco het in zijn hoofd gehaald om hem niet gelijk de band te geven? Miljoenen hadden kunnen aanschouwen dat Lukaku de toss mocht doen en niet hij, de grote Thibaut, de Messi der keepers.
Thibaut kon dit onrecht niet aan en besloot naar huis te gaan, ze moesten het maar even lekker uitzoeken met die tweede wedstrijd. Voordat hij vertrok, beet hij Tedesco toe dat hij diep teleurgesteld was en – tromgeroffel want nou komt ie – nog nooit zo vernederd.
Dit bericht heeft inmiddels ook Rusland bereikt. Alexei Navalny, weggestopt in een Siberische cel na een aantal proceszaken die het beste omschreven kunnen worden als ‘bedenkelijk amateurtoneel’, heeft met tranen in zijn ogen kennis genomen van de manier waarop Thibaut is behandeld.
‘Het kan dus altijd nog erger,’ verzuchtte hij terwijl hij nog een hap van zijn rottende aardappelsoep nam.