De periode rond de jaarwisseling hangt van tradities aan elkaar. Kerstboom in huis, oliebollen happen, champagne lurken, op 1 januari na het wakker worden eerst even je aantal vingers controleren en vervolgens met een kater op de bank ploffen om heel zachtjes mee te klappen met de Radetzkymars van de Wiener Philharmoniker.
Ook op sportgebied is deze periode lekker overzichtelijk. Gezeik tijdens het NK afstanden in Thialf omdat er weer iemand het niet eens is met de kwalificatieregels voor de grote toernooien. Mathieu van der Poel blubbert elke dag ver voor de rest van het veld naar een overwinning en verlengt volgende maand gewoon weer zijn abonnement op de regenboogtrui. Raymond van Barneveld is aan het begin van het WK darts lyrisch over zijn nieuwe pijlen/trainingsarbeid/bruiloft (doorhalen wat niet van toepassing is) om zichzelf na een kansloze nederlaag genadeloos af te kraken.
Regelmaat kan saai zijn maar dit is een fijn rustpunt van voorspelbaarheid in de hectische tijd waarin we leven. En een mooi moment om nog op een van de hoogtepunten van het afgelopen sportjaar terug te kijken.
De Ryder Cup. Ik schreef er in een eerdere blog al zijdelings iets over, de tweejaarlijkse wedstrijd tussen de twaalf beste Amerikaanse en Europese golfers die afwisselend op beide continenten wordt gespeeld. Voor elke golfliefhebber is het een absoluut bucketlistdingetje om dit live mee te maken; in 2018 was ik er met mijn golfmaatje Tom bij toen deze in Parijs werd gehouden, vorig jaar was Rome het speelveld en waren we weer van de partij.
Wat maakt de Ryder Cup nou zo bijzonder? Het simpele antwoord: het gevoel bij een team te horen in een verder individuele sport. De golfers spelen niet alleen voor zichzelf maar ook voor hun elf teamgenoten en eigenlijk voor een heel continent. En wij, de fans, wanen ons in een voetbalstadion zonder rellen. Supporters van beide teams lopen op de golfbaan gewoon door elkaar en zorgen met z’n allen voor een fantastische sfeer. Bij gewone toernooien wordt er voor mooie ballen geklapt, bij de Ryder Cup galmt gejuich over de baan. Het is het bekende ‘USA! USA! USA!’ tegen het iets gemaaktere ‘Europe! Europe!’. Grappig overigens om dat laatste uit Britse Brexit kelen te horen.
In Parijs waren we alleen voor de wedstrijddagen erbij, voor deze editie gingen we all-in en hadden we ook kaartjes gekocht voor de oefenrondes.
Op de eerste oefenochtend duiken we bij aankomst op het terrein gelijk de giftshop in want we hebben een missie: handtekeningen verzamelen van onze helden. Die giftshop is echt een snoepwinkel voor volwassenen, onze creditcards zijn een stuk lichter als we weer naar buiten lopen. Maar goed, we hebben onze belangrijkste aankoop te pakken: een vlag met het Ryder Cup logo. Met meerdere permanent markers in onze rugzak gaan we op zoek naar het Amerikaanse team; alhoewel we uiteraard voor het Europese team zijn staat de handtekening van Jordan Spieth bovenaan onze verlanglijst dus de eerste dag gaan we ons op de Amerikanen concentreren.
Omdat het tijdens de oefenrondes nog niet zo druk is, kunnen we Spieth met zijn maatje Justin Thomas prima volgen. Zo gaaf om ze van dichtbij bezig te zien en te horen hoe ze met elkaar en hun caddies over golf praten. De snoepwinkel gaat hier gewoon verder.
Na de laatste oefenhole staan we als kleine jongetjes met onze vlaggen klaar, tussen hordes andere mannen die allemaal hetzelfde willen. De golfers zijn voorbereid, ze hebben hun eigen stiften meegenomen zodat ze snel hun handtekening op alle fan artikelen kunnen zetten. Het moet van een afstandje een mooi scene zijn: volwassen mannen staan op een kluitje en proberen allemaal hun eigen vlag/petje/shirt naar voren te steken. ‘Jordan, over here, please Jordan!’ Het is een bijna magisch moment als Jordan mijn vlag pakt en zijn krabbel zet. ‘Ik heb hem!’ roep ik naar Tom die twee meter verderop met zijn vlag nog druk bezig is om polepositie te veroveren. Ik pak snel mijn telefoon en ben net op tijd om Toms moment met Jordan vast te leggen. Even een high-five om het te vieren en dan gelijk door, Justin Thomas komt eraan en die moet ook op onze vlag.
Als dat gelukt is, gaan we even wat drinken en eten om bij te komen. Bijna dertig eurootjes voor een slappe cheeseburger en een klein bakje chips, natuurlijk waarom niet, onze creditcard moet blijkbaar in één dag leeg maar whatever, we hebben de handtekening van Jordan. ’s Middags vervolgen we onze missie, Rickie Fowler mag natuurlijk ook niet ontbreken op onze vlag. Als dat ook is gelukt kunnen we tevreden terug naar ons hotel en vieren we de dag met bier en pizza. Onze Ryder Cup is nu al geslaagd.
De tweede oefendag volgen we het Europese team en jagen we op de handtekeningen van wereldsterren Rory McIlroy en Jon Rahm. Helaas helaas, na een paar krabbels lopen ze snel de baan af en laten ons en een heel leger fans ontredderd achter. Ja hallo, wat is dit, jullie zijn dan wel de golfers maar jullie hebben ons ook nodig hè! Andere Europese toppers als Victor Hovland en Justin Rose begrijpen het gelukkig wel. Als we ’s avonds weer aan het bier en deze keer gnocchi zitten, nemen we ons voor dat wij bij ons Ryder Cup debuut (wat toch slechts een kwestie van tijd moet zijn) alle tijd voor onze fans zullen vrijmaken.
Tijd voor de eerste wedstrijddag. De eerste afslag is om 7:35 uur, nog zo’n magisch moment waar je bij moet zijn. Ons hotel ligt in het centrum van Rome, de golfbaan ver daarbuiten dus we moeten er vroeg uit. We hebben twee metro’s en een bus nodig om bij de golfbaan te komen. Volgens de officiële communicatie beginnen alle metro’s deze week extra vroeg dus ook degene die bij de halte voor ons hotel stopt. Maar het is Italië dus we staan om half 5 ’s ochtends voor een dicht hek. Kak. Dan maar lopen naar de volgende lijn, is een kwartiertje doorstappen en hopelijk rijdt die wel. Het wordt eigenlijk wel een mooie ervaring, door een donker Rome lopen en uit verschillende hotels plukjes golffans zien stromen, op weg naar hetzelfde metrostation.
Op de golfbaan aangekomen, is het duidelijk dat het nu menens gaat worden. Het is retedruk, de tribune bij de eerste tee zit bomvol dus we zoeken een plekje langs de fairway om de eerste afslag mee te maken. Meelopen met de golfers zit er nu helemaal niet meer in, als alle spelers voorbij zijn zoeken we een volgende hole uit om ze daar weer in actie te zien.
Zo bewegen we ons drie dagen over de golfbaan. Goed plekje opzoeken, golfers voorbij zien komen en hup weer verder. We genieten van de golfers en van de sfeer. De fans zijn uitbundig, bij de Ryder Cup hoort een sfeer van juichen voor je eigen team en het dissen van de tegenstander. Lekker generaliserend valt hierbij wel een verschil op tussen de Europese en Amerikaanse fans. De Europanen, aangevoerd door de vele Britse fans met hun bekende onderkoelde humor, houden het beschaafd en vooral subtiel. Aan een aantal Amerikanen is dit wat minder besteed. Dieptepunt is een jonge gast, gekleed in een Stars and Stripes overall en zelf niet de allerslankste, die een van de Europese golfers voor ‘fat ass’ uitmaakt. Hij wordt volkomen terecht hierop aangesproken door een Brit die hem vraagt zich te gedragen. Maar de wazige blik in zijn ogen en het aantal opgestapelde lege bierbekers in zijn hand zeggen genoeg, dit heeft geen zin. Gevalletje ‘America First’ waarschijnlijk.
Het is gelukkig maar een incident en mag verder de pret niet drukken. We juichen drie dagen voor het Europese team dat vanaf de eerste sessie leidt en uiteindelijk de Amerikanen ruim verslaat.
Op zondagavond, na eerst een dag sightseeing en vervolgens zes dagen op de golfbaan, stappen we uitermate tevreden maar volkomen gesloopt het vliegtuig in. De vlaggen met handtekeningen zitten veilig in onze handbagage, even geen risico nemen dat onze ingecheckte koffers een andere route gaan nemen. Ik heb al bedacht waar ik hem thuis ga hangen maar verwacht daar nog wel enige discussie over.
Tom heeft nog een extra trofee in zijn bagage. Op de tweede oefendag was er een All Star wedstrijd tussen twee teams van bekende (oud-)sporters die ook graag golfen. Voor het Europese team deed Carlos Sainz mee, de Spanjaard die normaal in zijn Ferrari met 300 kilometer per uur op een bocht af rijdt maar ook aardig tegen een balletje kan slaan. Toms dochter is groot Formule 1 fan dus we hebben die dag nog een extra opdracht: de handtekening van Carlos regelen. Tom koopt daarom nog een vlag en daarmee gewapend gaan we op onze vaste handtekeningenplek staan. We staan anderhalf uur in de brandende zon te wachten maar deze missie moet slagen. Als Carlos de laatste hole nadert, is duidelijk wat voor wereldster hij is. Rond de green worden talloze camera’s geïnstalleerd, microfoons komen tevoorschijn om interviews te houden. Als Carlos alle tv-stations heeft gehad, loopt hij op een paar meter afstand voor ons langs. Toms Superdad krachten komen los, hij trekt zijn aandacht en Carlos stapt op ons af. Het gaat gewoon gebeuren! Carlos pakt Toms stift aan en terwijl ik het wereldrecord ‘hoeveel foto’s kun je maken in vijf seconden’ verbeter zet Carlos zijn krabbel. Juichend stuitert Tom weg om zijn dochter te bellen, ik vermaak me nog even met de chaos rond Carlos en loopt vervolgens naar Tom. Als hij zijn telefoon weer wegdoet haalt hij uit zijn broekzak een dopje tevoorschijn, het dopje van de stift waarmee Carlos zijn handtekening heeft gezet. En Carlos heeft de stift nog.
Naast twee vlaggen heeft Tom nu ook dit dopje als souvenir. En tot het tegendeel is bewezen, ga ik ervan uit dat Carlos de stift thuis een mooi plekje heeft gegeven als aandenken aan de Ryder Cup. Een stift aangeschaft in een Albert Heijn in Hilversum.